Richtlijnen Scheidsrechters
- Beperk het inspelen tot hooguit 2 minuten.
- De speler die voorgift krijgt, begint de eerste set te serveren,
anders wordt er geloot.
- Tel luidop wanneer geen scorebordje beschikbaar is, of
wanneer één van beide spelers erom verzoekt.
- Vermeld na elk punt eerst de score van de speler die bij
de volgende balwisseling gaat serveren, dan die van de
tegenstander.
- Let op de opslagwissels: om de 2 of 5 punten, of om het punt
vanaf 10-10 of 20-20.
- In de beslissende set wordt van kant gewisseld wanneer de speler
die voorgift gegeven heeft (of één van beide als er geen voorgift is)
5 punten behaald heeft (sets tot 11), of 10 punten bij sets tot 21.
- Roep "STOP" of "TWEE BALLEN" wanneer
het spel gestoord wordt van buitenaf, het punt wordt dan
hernomen.
- Noteer na elke set de volledige score op het scoreblad.
- Laat na de wedstrijd het blad controleren door de winnaar.